Bij het ontstaan en voortbestaan van agressief en antisociaal gedrag spelen zowel erfelijkheid als omgevingsfactoren een rol. Onderzoeker Irene van Bokhoven vond dat een lage huidgeleiding ‚Äì als gevolg van weinig zweet – bij jonge, gedragsgestoorde kinderen het antisociaal gedrag op oudere leeftijd goed kan voorspellen.
In haar proefschrift beschrijft zij neurobiologische kenmerken van agressie en hun rol bij agressief en antisociaal gedrag van opgroeiende kinderen.
Bij een groep kinderen mat van Bokhoven het stress-hormoon cortisol, de hartslagfrequentie en de huidgeleiding. Verder legde ze een aantal psychologische- en gezinskenmerken vast.
Hieruit bleek dat een lage elektrische huidgeleiding (die ontstaat door weinig zweet) samenhangt met een geringer behandeleffect. Kinderen met weinig zweet lieten meer antisociale problemen in de adolescentie zien.
Uit eerdere onderzoeken is een verband bekend tussen agressief gedrag en het stresshormoon cortisol en het geslachtshormoon testosteron. Volgens Van Bokhoven ligt het niet zo simpel dat veel stress en testosteron antisociaal gedrag uitlokken.
(NIWI)