Mensen die een depressie hebben gehad, onthouden positieve informatie minder goed dan gezonde personen. Negatieve informatie onthouden ze juist beter. Ook na herstel vertonen de hersenen van voormalig depressieven nog afwijkingen
Dat ontdekte Jennifer Fee Arnold tijdens haar promotieonderzoek aan het UMC St Radboud. De afwijkingen zien we in zowel in de amygdala (het emotiegebied) als in de prefrontale cortex.
Elk jaar krijgt 6 procent van de Nederlandse bevolking last van een depressie. Het is daarmee een van de meest voorkomende psychiatrische aandoeningen. De kans om een depressie te ontwikkelen is best groot, vertelt Arnold. “Als vrouw heb je zo’n 23 procent kans om ooit in je leven een depressie te krijgen en als man rond de 13 procent. Na een depressie is de kans op terugval zo’n 30 procent, na een tweede depressie 75 procent en na een derde zelfs 90 procent! Goede therapie is daarom erg belangrijk.”
Arnold voerde gedrags- en hersenonderzoek uit bij gezonde proefpersonen en voormalig depressieve patiënten. Uit het gedragsonderzoek bleek dat de emotionele lading van woorden invloed heeft op de verwerking van deze woorden, vooral als de deelnemers in een sombere stemming waren konden ze gemakkelijker negatieve woorden verwerken. Verrassend genoeg gold dit niet bij een vrolijke stemming en positieve woorden.
Met behulp van een functionele MRI-scan werd duidelijk dat de hersenen van de voormalig depressieve patiënten anders werkten dat de gezonde proefpersonen. Andere hersengebieden bleken actief en ook de structuur van de hersenen was anders. Vooral in de prefrontale cortex en de amygdala. Juist die amygdala is volgens Arnold actief en vergroot tijdens een depressie.
Uit de resultaten van het onderzoek blijkt dat depressie hardnekkig is. Vooral het feit dat de voormalige depressieve proefpersonen moeite hebben met de verwerking van positieve informatie is opvallend. Arnold: “Met positiviteitstraining kunnen we hopelijk deze vicieuze cirkel doorbreken en de kans op terugval verminderen.”
Bron: UMC St Radboud
Lees meer op Gezondheids.net:
‘Niets lusten zit in de genen’