12 tips om beter om te gaan met HSP en hooggevoeligheid

Als je een hoog sensitief persoon (HSP) bent, dan kunnen de prikkels niet alleen heftiger binnenkomen, ook kun je je van meer prikkels gewaar zijn. Hoogsensitiviteit is een kracht! Daarom geven we je hier 12 tips om je staande te houden in deze drukke maatschappij.

 
Verminder de prikkels
In onze moderne tijd vliegen de prikkels ons letterlijk om de oren. Niet voor niets hebben leerkrachten zoveel te stellen met ADHD. Kies daarom voor een film in plaats van een avondje zappen. Ook een GSM, WiFi, smaakversterkers en de wekkerradio prikkelen het zenuwstelsel.

Stel je grenzen
Heb respect voor je natuur en kies voor jezelf. Het is een valkuil om te denken dat je normaal moet zijn en dus over je eigen grenzen moet gaan om de ander tegemoet te komen. Wanneer dit ten koste gaat van je eigen energiehuishouding is het echt beter om af en toe ‘nee’ te zeggen.

Een goed begin is het halve werk
Neem de tijd voor dingen zodat je rustig aan de slag kunt en de overgang kunt maken. Probeer een half uurtje eerder op te staan zodat je even wat kunt lezen, mediteren of oefeningen kunt doen om beter in je energie te komen.

Accepteer jezelf
Leer je kwaliteiten waarderen en accepteer je beperkingen. Het erkennen van je hoge sensitiviteit is een belangrijke stap naar het omgaan ermee. Pas als je weet dat je het hebt kun je het in goede banen leiden.

Kies een rustig moment uit
Om je energie te sparen voor dingen die belangrijk zijn voor je, is het een goed idee om je bezoeken goed te ‘timen’. Mik op een rustig moment in de sportschool, een verjaardag of op de markt.

Trek de stekker eruit
Plan de tijd die je voor jezelf hebt zodat je daar weer helemaal kan opladen. Het kan helpen om een vaste dag te hebben waarin je even helemaal tot jezelf komt en de stekker er even letterlijk uittrekt van bijvoorbeeld de telefoon.

Zorg goed voor jezelf
Als je goed in je energie staat dan kun je meer hebben. Door goed voor jezelf te zorgen, door bijvoorbeeld op tijd naar bed te gaan en goed te eten kun je je energie maximaliseren. Volgens David Wolfe kunnen we beter wegblijven bij suiker, alcohol, brood en zuivel om onze energie op peil te houden. Experimenteer welk dieet voor jou het beste werkt.

Doe een cursus
Workshops zijn meestal met een handje vol mensen en dan zijn de hoeveelheid prikkels beperkt. Via een workshop voor mensen met HSP kun je beter leren aarden, jezelf af te sluiten of assertiever te worden. Voel wat je nodig hebt om te groeien en ga het aan, zo kun je je comfortzone uitbreiden zodat je meer aankunt.

Voel je lichaam
Je lichaam vertelt je heel veel over jezelf en weet vaak al eerder iets dan je jezelf bewust bent. Als je spieren zich spannen dan weet je dat de geest zich benauwd voelt. Omgekeerd werkt het ook: als je even ontspant en diep adem haalt, dan kan de geest zich ontspannen.

Breng jezelf in balans
Wat geeft je energie en wat kost energie? Verdeel een A4’tje in tweeen en schrijf links op wat je energie geeft en rechts wat energie kost. Op deze manier krijg je een beeld waar je op leegloopt en waar je aan oplaadt. Geeft die ene vriend of de televisie je energie? Of voel je je energiek na een boswandeling of schilderen? Het is belangrijk hier zicht op te hebben zodat je weet wat je moet doen om in balans te blijven.

(Bron: aHealthylife.nl)

Nieuwe website over narcisme

Vanaf februari 2011 is in Nederland een nieuwe website beschikbaar over Narcisme en de Narcistische Persoonlijkheidsstoornis op (www.npspartners.nl).
Deze website beoogt uitgebreide informatie te geven over het begrip narcisme en vooral wat het betekent om als partner jarenlang met een persoon om te gaan die extreem gedrag vertoont zoals bij narcisme en NPS. Uiteindelijk blijkt het gedrag zo extreem dat men de narcistische partner verlaat en zit met een jarenlange gevoel van verbijstering, rouw over verloren jaren en liefdesverdriet.

De reden voor het opstarten van deze website is ook mede het feit dat er waarschijnlijk 400 à 500 duizend personen in hun relatie te maken hebben of hebben gehad met partners met een Narcistische Persoonlijkheidsstoornis (NPS). Veel partners zullen hun man of vrouw niet benoemen als met een NPS, maar daarom zijn de gevolgen voor hun niet minder ernstig.

Narcist gaat op andere manier met emoties om

In dit artikel licht Piet van der Ploeg toe hoe het kan dat partners van iemand met narcistische persoonlijkheidsstoornis (NPS) gefrustreerd raken door zijn/haar alexithymische karaktertrekken. Het woord alexithymie betekent letterlijk “geen woorden hebben voor emoties”.

Bijna elke partner van een persoon met ernstige narcistische klachten meldt opvallende uitspraken, die op geen enkele wijze kloppen met de bedoelde of de te verwachten gedragsreacties later. Het gaat dan om uitspraken over emoties die normaal deel zijn van een intieme relatie met een partner. Verder doen de meesten ook verslag van wreed egoïsme, kilheid, geweld, mishandeling, plotseling verbreken van contact en een ernstig te kort aan ervaren gevoelswarmte. Dit zijn allemaal zaken die een evenwichtige relatie uiteindelijk onmogelijk maakt.
Het verwerken van emoties met de zintuigen en hersenen is een complex proces. Bekend is dat in de eerste drie jaar na de geboorte het jonge kind zijn omgeving verwerkt met behulp van het impliciete (non-verbale) geheugen. De kwaliteit van de emotionele ervaringen van het kind in die jaren bepaalt de latere psychische gezondheid.
Een trauma in de jeugd is van invloed op latere alexithymische symptomen van de getraumatiseerde persoon. NPS zou ook een jeugdtrauma genoemd kunnen worden, aangedaan door de ‘not-good-enough mother’, waardoor het begrijpelijk is dat de meeste personen met NPS alexithymie problemen hebben zonder zich daar echt bewust van te zijn. De onvoldoende spiegeling van de moeder en het niet geven van onvoorwaardelijke liefde aan het kind leiden tot een tekort in de emotionele geheugenopslag van essentiële gevoelsschema’s bij het jonge kind. Gevoelsschema’s die later onvoldoende door het expliciete geheugen in woorden omgezet kunnen worden.
Het effect hiervan is dat de persoon met NPS dus wel gevoel uit, rationaliseert of analyseert, maar het door een tekort aan gevoelsschema’s dit zelf niet voelt.
Wat overigens ook bekend is dat mensen met alexithymie door stress en spanningen onverwachte een heftige gevoelsdoorbraak kunnen krijgen, zoals huilbuien of woede uitbarstingen.
In relaties worden anderen door personen met alexithymie gezien als een soort kopieversie van de persoon zelf. Dit is te zien als een stoornis in de individuatie. Bij het ontstaan van persoonlijkheidsstoornissen speelt het separatie-individuatieproces na de geboorte een grote rol en dit verklaart mede de link tussen alexithymie en NPS.
Verder is bij NPS nog herkenbaar het opvallend vermogen tot rationaliseren en de extern gerichte manier van denken.

[Ingezonden door Piet van der Ploeg, CCGT Zoetermeer]

Perfectionisme niet perse slecht

Misschien werken ze bij sommigen op de zenuwen, maar perfectionisten hoeven totaal geen probleem te hebben met hun streven naar 100% goed.

perfect.jpgHoge doelen maken mensen niet altijd angstig, gespannen of somber. Dat stelden onderzoekers tijdens een bijeenkomst van de Amerikaanse psychologenvereniging. Perfectionisme heeft ook positieve kanten.
Iemand die hoge doelen nastreeft, verwachten het beste van zichzelf. Dat hoeft zeker niet verkeerd uit te pakken. Mensen met problemen hebben te maken met een negatieve zelfwaardering, die maakt dat ze zich hoe dan ook tekort vinden schieten. Een negatieve zelfwaardering voedt angst en stress, perfectionisme op zichzelf dus niet. Problemen ontstaan alleen daar waar hoge doelen samengaan met de angst voor afkeuring door zichzelf of anderen.
Omdat perfectionisme niet altijd gunstig werkt, is het het beste om opbouwend te reageren (in plaats van jezelf af te kraken) als zaken niet naar volledige tevredenheid verlopen in plaats van de doelen te verlagen.

(APA)

Gezondheid gebaat bij roze bril

Ouderen die de toekomst optimistisch tegemoet zien leven gemiddeld wat langer dan hun pessimistisch geaarde leeftijdgenoten.

optimisme.jpg

 Mensen met een pessimistische inslag sterven eerder aan een hartaanval of een andere levensbedreigende aandoening dan optimisten. Dat blijkt uit onderzoek door de GGZ Delfland, waarover officieel gepubliceerd is in de Archives of General Psychiatry.

Voor het onderzoek werd een groep van 941 ouderen tien jaar lang gevolgd. Bij deze personen werd eerst vastgesteld hoe optimistisch of pessimistisch men was op basis van een vragenlijst. Uit de resultaten komt naar dat de mensen met de meest positieve instelling een 45% lagere overlijdenskans hebben dan de pessimisten. Van de meest optimistische mannen was na negen jaar nog ongeveer 65 procent in leven, van de meest pessimistische slechts 40 procent. Voor vrouwen, die gemiddeld langer leven, lagen die percentages op ruwweg zeventig en vijftig. Met name het hebben van toekomstplannen en doelen ging samen met een langer leven. Natuurlijk spelen er allerlei dingen mee doe ook van belang zijn: leeftijd, gezondheid, eetgewoonten, alcoholgebruik,roken, lichamelijke activiteit en sociaal-economische status. Er is zoveel mogelijk gepoogd om statistisch de invloed van deze factoren weg te nemen. Optimisten scoren daar waarschijnlijk anders op dan pessimisten en dat kan van invloed zijn op de overlevingskans.

Het kan ook zijn optimisten gewoonweg beter in staat zijn om tegenslag te incasseren. Misschien kiezen ze vaker dan de pessimisten voor gezondheidsbevorderend gedrag, zoals het opzoeken van mensen voor stressverminderend sociaal contact. Een mogelijkheid is ook dat er biologische verschillen zijn tussen optimisten en pessimisten. Dat is geen gekke gedachte, gezien het feit dat bij depressieve personen een verschil is aangetoond in de balans van neurotransmitters en hormonen die de gezondheid bepalen.
Dit roept de vraag op: kan pessimisme verminderd worden of is het een min of meer ‘aangeboren’ eigenschap? En als pessimisten een positievere instelling krijgen, verandert dat dan iets aan hun overall gezondheid?
Tot nu toe zijn er al vaker verbanden aangetoond tussen mentale toestanden, zoals depressiviteit, en de kans op hart- en vaatziekten. De link tussen persoonlijkheidskenmerken, zoals optimisime, en gezondheid is nooit zo duidelijk het onderwerp van onderzoek geweest.

Boek: Schemagerichte therapie in groepen

Iedereen heeft opvattingen over zichzelf en anderen. Hardnekkige opvattingen, zogeheten schema’s, bepalen hoe mensen in het dagelijks leven functioneren. In de kinderjaren wordt hiervoor de kiem gelegd. Deze opvattingen worden versterkt door ervaringen na de kindertijd. De zo ontwikkelde schema’s zorgen voor een gevoel van veiligheid. Ervaringen worden vaak zodanig aangepast dat ze de ‘juistheid’ van de schema’s bevestigen. Sommige mensen ondervinden zo’n last van hun schema’s in het dagelijks functioneren dat er sprake van een persoonlijkheidsstoornis is.

Het doel van dit werkboek is de invloed van schema’s op het dagelijks leven te verminderen. Dit wordt mensen geleerd door middel van technieken maar vooral door interpersoonlijk leren. Deze technieken staan beschreven in het werkboek Schemagerichte therapie.

M. van Vreeswijk & J. Broersen, Werkboek: Schemagerichte therapie in groepen, Uitgeverij Bohn Stafleu van Loghum.